Interview met tutor Kinderboek Schrijven Wilma Geldof: ‘Ik schrijf in principe voor alle leeftijden.’

Wilma Geldof heeft al acht kinderboeken op haar naam staan. Onlangs werd ze genomineerd voor een Belgische prijs met haar boek Ollie en het kronkeldier. In 2015 werd haar historische roman Elke dag een druppel gif, over een overtuigd NSB-kind, al bekroond met de Thea Beckman-prijs. Wilma is actief als tutor bij Editio en verzorgt op 17 juni een workshop op de Editio open dag. Lees hier waar ze zich op het moment mee bezig houdt en wat haar plannen zijn voor de workshop Kinderboek Schrijven.

1.  Onlangs ben je genomineerd voor een Belgische prijs met Ollie en het kronkeldier. Hoe gaat het met je? Is het een drukke tijd?

Integendeel! Ik verblijf voor zes weken in een prachtige artist-in-residency in het oosten van Portugal om te schrijven (én van Portugal te genieten). Het is dus juist een rustige tijd waarin ik, zonder alle prikkels uit het dagelijkse hectische Hollandse leven, fijn kan indalen in het schrijven.

2.  Is een nominatie voor een schrijfprijs belangrijk voor een schrijver? Is het iets wat altijd in je achterhoofd zit als mogelijkheid of stille wens? 

Met ‘Elke dag een druppel gif’ won ik de Thea Beckman-prijs 2015. Een prijs winnen geeft zoveel bevestiging, dat is ontzettend fijn. Gelukkig zit de mogelijkheid om een prijs te winnen niet constant in mijn hoofd. Dat zou te veel teleurstellingen opleveren. Maar op het moment dat mijn uitgever zegt dat het boek wel eens een bepaalde prijs zou kunnen winnen, tja… dan is het moeilijk om het niet in je hoofd rond te laten zoemen. Overigens wordt de winnaar van de Vlaamse Kinder- en Jeugdjuryprijs pas volgend jaar bekend gemaakt, dus voorlopig wil ik dat maar even vergeten.

3.Wanneer wist je dat je voor kinderen wilde schrijven?

Ik wilde in de eerste plaats schrijven. De leeftijd van plusminus zestien jaar sprak mij aan omdat er dan zoveel verandert in je leven: je maakt je los van je ouders, je wordt verliefd, je identiteit vormt zich, het is een intense tijd vol onzekerheden. Ik schrijf in principe voor alle leeftijden. Het realistische Elke dag een druppel gif is voor 15+ én voor volwassenen. Daarna had ik behoefte aan iets totaal anders en schreef ik Ollie en het kronkeldier voor 8+, wat een ode aan de fantasie is.

4. Heb je ook voor volwassenen geschreven en zo ja, wat is het grote verschil? 

Elke dag een druppel gif is ook bestemd voor volwassenen. In zekere zin vind ik dat er niet veel verschil is in het ambacht van schrijven. De schrijfregels die gelden voor volwassenen gaan ook op voor kinderen, al zijn er natuurlijk accentverschillen. Voor kinderen moet je je meer beperken, je kunt niet los gaan met ingewikkelde beschrijvende zinnen vol metaforen. Een verhaal voor kinderen moet spannend zijn, er moet actie in zitten en meer dialoog dan in een gemiddeld verhaal voor volwassenen. Het begin moet meteen vaart hebben, kinderen haken af als je met een te lange inleiding begint, volwassenen hebben een langere adem. Humor voor kinderen is anders dan voor volwassenen; kinderen houden bijvoorbeeld erg van overdrijving – dus dan gebruik je andere stijlmiddelen. Jonge kinderen begrijpen ironie nog niet. Sommige beeldspraak is voor volwassenen een cliché, maar voor kinderen niet, die mag je in een verhaal voor kinderen best gebruiken. Show, don’t tell geldt in een verhaal voor kinderen misschien minder streng, hoewel het in een tekst voor kinderen ook belangrijk is om te tonen, om ook suggestief te schrijven. Maar je mag ook best een keer gewoon vertellen dat iemand verbaasd is in plaats van enkel opgetrokken wenkbrauwen te beschrijven. Als je dat laatste te veel doet, kan dat ook weer een cliché worden.

5. Wat kun jij schrijvers leren?

Individueel kan ik mensen altijd wel schrijftips geven, maar dan moet ik eerst zien waar het aan schort in het werk. Bij de één gaat het bijvoorbeeld vooral om het vinden van de eigen toon, bij de ander om het vasthouden van een spanningsboog, bij weer een ander om de personages tot leven te laten komen. Eén schrijftip voor de wereld heb ik niet.  Overigens kijk ik ook altijd naar wat sterk is in werk van cursisten. Van weten wat je kracht is, leer je ook veel. Er valt enorm veel te leren. Mijn advies is: veel schrijven, kilometers maken, maar ook veel lezen én beseffen dat schrijven een vak is. Een vak dat je kunt leren. Denken dat je er met talent alleen wel komt lijkt me een misvatting. Mijn belangrijkste boodschap is: volg een schrijfcursus.

6. Wat ga je doen op de Open Dag? Wat kunnen de aanwezigen verwachten?

Ik wil het schrijfproces aan de orde laten komen. Daarnaast wil ik laten ervaren wat je van de Editio online schrijfcursus Kinderboeken Schrijven kunt verwachten door middel van een schrijfopdracht. Deze opdracht zal niet in de cursus voorkomen, maar geeft wel een goed beeld van wat je kunt verwachten.Tot slot wil ik naar aanleiding van het geschrevene enige theorie aan de orde laten komen.Na afloop krijgen de aanwezigen schriftelijk enige schrijftips mee.

 

Benieuwd naar de workshop van Wilma Geldof of een van de andere tutors? Schrijf je hier dan gratis in voor de open dag en stel al je vragen over schrijven!

 

Interview met tutor Hugo Heinen

Verdieping / 24 mei 2017

Interview met tutor Manon Uphoff

Verdieping / 27 mei 2017

Interview met Charles den Tex: ‘Een belangrijk eigenschap voor een schrijver? Zitvlees!’

Verdieping / 22 januari 2014