Column: Wijn of thee schrijver?

Ik heet Demelza.
En het blijkt dat schrijven een onderdeel van mij is, was en zal zijn.

Ja, ik ben dezelfde Demelza die je een paar weken geleden vermoeide met quasi-onzekerheden over of ik wel zou moeten schrijven. Het blijkt dat iedereen om mij heen en alles in mij het allang wist.
Ik ben nu een paar weken en opdrachten onderweg met de cursus Fictie 1. Ik voel me Hermelien van Harry Potter (voor de modderbloedjes: dat is het strebertje vooraan in de klas hengelend met de vinger in de lucht voordat de meester überhaupt een vraag heeft gesteld). Ik werk vooruit en refresh met een kriebel door mijn middenrif mijn e-mailprogramma om te kijken of Meester Vantoortelboom al feedback heeft gegeven.
Daarnaast ervaar ik schrijversdeformatie: mijn ervaringen veranderen schaamteloos in verhalen. Mensen worden karakters, ruimtes een decor. Ik word een vertellende stem om het mozaïek begrijpelijk te maken voor de potentiële toehoorders.

Even terug naar mijn eerste keer inloggen op Editio. Ik zat op zondagavond thuis en had een dramatische schrijfopstelling gebouwd met mijn nieuw aangeschafte toetsenbord, muis en bril. Glas wijn en een kop thee, want ik wist nog niet welk type schrijver ik zou zijn. Muziek en kaarsjes aan. Ik helikopterde boven mijn eigen setting en zag dat het goed was.
Ik maakte mijn cursistenprofiel aan en wandelde door het cursusprogramma. Het kwam over als veel, heel veel werk. Iets wat ik toch niet helemaal had bedacht toen ik net daarvoor een 40-urige klus als freelancer had aangenomen. Slik. Hoe dan toch? Een gedachte stak de kop op: ‘Wat dacht je nou? Dat je dit wel even zou flikken…?’ Zoveel vragen!

Demelza Janmaat
Het besef daalde in dat ik zelden iets zo eng heb gevonden. Zo naakt. Zo kwetsbaar. Ik vind speechen een feest. Presenteer met gemak voor groepen bekenden of onbekenden. Ik sta alleen op de dansvloer, niets engs aan. Maar dit…? En ik staarde even apathisch voor me uit en besefte toen dat dit gevoel eigenlijk heel waardevol is. Vanzelfsprekendheid is makkelijk. En oninteressant, als je het mij vraagt. Bewust van het gevoel besloot ik gewoon te beginnen.
Zo geschiedde. Op Mijn.Editio gaat het – mijns inziens – voortvarend. Met veel genoegen lees ik het werk van de medecursisten en stiekem soms ook dat van mezelf. Het belangrijkste wat ik nu heb geleerd is rust en geduld. Goed werk afleveren kost blijkbaar tijd. Ook leerde ik: kill your darlings. Soms brouw ik iets waar ik dan kinderlijk trots op ben. Blijkt het 400 woorden te zijn in plaats van de gevraagde 200. Ja, daar ga je. Strepen, strepen, lezen, herlezen, schuiven, strepen en dan pas uploaden.
Voor ervaren schrijvers is dit wellicht heel herkenbaar. Voor mij is het heel nieuw.
Na wat wijntjes deel ik tegenwoordig mijn schrijversambitie als een overenthousiaste evangelist. Tot nu toe niks dan positiviteit en nieuwsgierigheid. Beetje zo’n ervaring als na een ooglidcorrectie: ‘waarom doe ik dit nu pas?’.

Ik ga weer inloggen op de cursusomgeving. Kop thee en Spotify staan klaar (ik weet inmiddels wat voor een schrijver ik ben). Vandaag start ik met de opdracht ‘Plot’.

Column van EDITIO-tutor Cathelijn Schilder

Thema's / 19 juni 2013

Column: Aha-erlebnis

Podium / 29 september 2016

Column: Schrijven in Frankrijk

Podium / 14 september 2016