Vluchten in de literatuur

Akyol’s nieuwste boek Turis (februari 2016) werd al met vier sterren beoordeeld in De Morgen en Elsevier, en het kwam op de zevende plek de bestsellerlijst binnen. Editio sprak de schrijver over zijn vlucht in de literatuur.

Özcan Akyol werd schrijver toen hij in een Nederlandse gevangeniscel boeken van Louis-Ferdinand Céline ging lezen en hij zich realiseerde dat hij kon breken met zijn Turkse cultuur en met de wereld waarin hij verzeild was geraakt.

Akyol: “Ik vertegenwoordig een nieuwe generatie auteurs die hier geboren zijn, maar een Turkse of Marokkaanse achtergrond hebben. Ik denk dat het goed is wanneer meer allochtone schrijvers zich in hun verhalen richten op het leven hier, zodat we de maatschappelijke problemen in Nederland beter kunnen begrijpen.

Met Turis heb ik een verhaal over de onderklasse in onze maatschappij willen schrijven. Het speelt zich in het Turkse milieu af, maar het had net zo goed een andere onderklasse kunnen zijn. Dat die onderklasse bestaat, staat voor mij buiten kijf. Door mijn boeken ben ik dat nog beter gaan zien. We leven in een echte klassenmaatschappij, waarin mensen die op elkaar lijken – de elite, de mensen uit de onderklasse – zich allemaal in hun eigen wereld terugtrekken. Ik beweeg me in beide werelden en merk hoe groot die kloof is.

Ik weet zeker dat er zich onder de vluchtelingen die nu hier komen potentiële schrijvers bevinden. Ik zou graag willen lezen wat zij op hun vlucht hebben doorgemaakt, wat ze hier aantreffen, de nieuwe dingen die ze hier mee- maken, hoe ze het leven hier ervaren. Dat is interessante literatuur, die ons ook een spiegel kan voorhouden. En uiteindelijk kan die literatuur misschien helpen de kloof tussen de klassen te verkleinen.”_______

[…] Lees het gehele  interview in tijdschrift Editio, Over schrijven, schrijvers en hun rituelen.